Bert van Wijk, hoofd beheer bij Haven van Amsterdam, is een man met een missie. Al tien jaar draagt hij het predicaat ‘duurzame held’ binnen zijn organisatie, en dat is niet voor niets.

In een openhartig interview met Fonds Fysieke Leefomgeving deelt hij zijn visie op innovatie, samenwerking en de kunst van het falen. “Als je alleen successen viert, leer je nooit.”

Van waterstof tot cementloos beton: innovatie met lef

Als hoofd beheer en facilitair gaat Berts werk veel verder dan onderhoud alleen. Hij is de drijvende kracht achter projecten die de haven toekomstbestendig maken, zoals de introductie van voertuigen op waterstof, en uitbreiding van walstroominstallaties voor schepen. “Uitbreiding van die systemen vermindert uitstoot én geluid voor de omgeving. Maar het kostte ook bloed, zweet en tranen. Daar moeten we eerlijk over zijn.”

Geen dag hetzelfde

“De haven is een dynamische plek waar geen dag hetzelfde is. Je hebt te maken met technologie, logistiek, milieu en mensen. Dat maakt het werk veelzijdig en ontzettend interessant. Wat mij vooral motiveert, is dat je direct het resultaat ziet van wat je doet. Of het nu gaat om een nieuw laadplein of een innovatief duurzaamheidsproject, je merkt de impact.”

Geen wielen uitvinden

Bert werkt al ruim dertig jaar samen met andere havens. “Dat gaat op de een of andere manier makkelijker dan met gemeentes of het rijk. Snel schakelen, en een nieuwe aanpak delen – dat is hoe het bijltje hakt. Bijvoorbeeld door samen een methode op te zetten voor de ontwikkeling van beeldkwaliteit voor objecten, en die ook direct in te zetten bij contracten. Hier geldt: beter goed gejat dan slecht bedacht.”

“Ik vind het belangrijk om op de juiste knoppen te drukken, tegen zo laag mogelijke kosten en daarmee zo veel mogelijk te bereiken.”

Bert van Wijk

Drones in de haven

“Een project waar ik bijzonder trots op ben, is het gebruik van drones voor inspecties in de haven. Deze drones maken beelden en 3D-scans van kademuren en infrastructuur, waardoor we sneller en efficiënter onderhoud kunnen uitvoeren. Dit voorkomt grotere schade en bespaart kosten. Het laat zien hoe technologie ons helpt om slimmer te werken en tegelijkertijd duurzamer te zijn.

Samenwerken = sneller leren

Voor Bert is kennisdeling het sleutelwoord. Als medeoprichter van samenwerkende havens in Nederland wisselt hij kennis uit met binnen- en buitenlandse partners, zoals Gent en Zeebrugge. “Belgen pakken dingen praktischer aan. Waar wij eerst uren modellen bouwen, plaatsen zij meteen sensoren. Gewoon om te kijken of het werkt. Gaat het verkeerd, dan durven ze dat aan te geven. Daar kunnen we van leren. Durf te kiezen. Niet alles lukt, maar wat wél werkt, schaal je op.”

Een haven is geen park

Ook binnen het fonds speelt hij een kritische rol. “In de Programmaraad ben ik een criticus, die vaak de vraag stelt: ‘kan het goedkoper of simpeler?’ Een haven is geen park – wij hebben een werkomgeving waar elke euro telt. Ik hoef geen rozenperkjes. Maar duurzaamheid moet wél in het dna zitten. Ik vind het belangrijk om op de juiste knoppen te drukken, tegen zo laag mogelijke kosten en daarmee zo veel mogelijk te bereiken.” Berts vasthoudendheid hielp duurzaamheid steviger te verankeren. Inmiddels reserveert het fonds ruim € 860.000 voor thema’s als klimaatadaptatie, duurzaam groen en circulair bouwen – onderwerpen die voorheen minder aandacht kregen.

Groots denken, praktisch blijven

“Het gevoel dat je echt verschil kunt maken is mijn drijfveer. De haven is niet alleen een economische motor, maar ook een plek waar we werken aan een betere toekomst. Dat betekent dromen en doen: durven groots te denken en tegelijkertijd praktisch blijven. Samen met mijn team en partners bouw ik elke dag aan een haven waar economie en ecologie in balans zijn. Dat is mijn missie.”